Over de start en een stapel sloophout
In een jubileummagazine over 90 jaar Middelkoop mag een interview met Henk Middelkoop senior natuurlijk niet ontbreken. Op de gezegende leeftijd van 84 jaar oogt de nestor van het familiebedrijf nog steeds vitaal.
Henk heeft tot 2019 zijn aandeel in de zaak gehad en komt nog regelmatig langs. Nee, meewerken doet hij niet meer. Hij geniet vooral van wat er neer is gezet, waar hij en zijn vader met hun handelsgeest de voorlopers van zijn geweest. Maar wat een verschil met de tijd waarin hij opgroeide en het bedrijf werd gestut. Henk groeide op in de jaren van de wederopbouw. Hij was zelf nog niet geboren toen zijn vader Kees in de jaren dertig voor zichzelf begon. Jaren van economische depressie. De mensen hadden destijds weinig te besteden. Velen waren werkloos. Toch was het in die tijd dat de kiem gelegd werd van het huidige bedrijf Middelkoop. En ogenschijnlijk ook nog eens heel toevallig. Henk daarover: “Het was zo, ik had een ome Cor in Utrecht en die had een sloopbedrijf. Toen mijn vader (Kees) en moeder een huis kochten aan de Beesdseweg in Culemborg moest daar wat aan verbouwd worden. Mijn vader schreef een brief aanome Cor met het verzoek een pak sloophout te leveren. Dit werd gebracht en langs de weg gezet. Toevallig komt er iemand langs en die vraagt “Is dat sloophout te koop? Mijn vader dacht toen: “Waarom niet? Dan laat ik toch gewoon weer nieuw sloophout komen?” En zo werd feitelijk het huidige bedrijf Middelkoop geboren. Later werd er in Utrecht alleen nog maar gesloopt en werden de sloopmaterialen naar Culemborg gebracht, waar het gesorteerd, schoon gemaakt en verhandeld werd.” Kees ontdekte dus bij zichzelf dat er een handelsman in hem school. Van het een kwam het ander. Uiteraard brak er in de jaren veertig een mindere periode aan. Maar de daaropvolgende tijd van de wederopbouw speelde Middelkoop zeker in de kaart. Want economisch draaide ons land op volle toeren. Er werden heel veel huizen gebouwd om de woningnood te ledigen. En die hadden een keuken nodig. Toen Henk in 1959 zijn militaire dienstplicht had vervuld, ging hij zijn vader Kees achterna. Vier jaar later besloot hij om zich op de keukens te richten. “Nolte uit Duitsland leverde toen voor de grote woningbouwprojecten de keukens. Soms bleven er een paar over, die kon ik dan voor een zacht prijsje overnemen. Ik verkocht die aan bouwvakkers, die ’s avonds een centje bij wilden verdienen. Ja, dat was een mooie tijd, hoor.” Zijn ogen glimmen als hij vertelt. Terugdenkend beseft hij hoe mooi die tijd van toen was. Een tijd die een stevig fundament legde voor het bedrijf van nu.”