![poppetjes](/image/15163-467/754x360/OJwfGhbkcHifTFmcgHPJKUeTR5axUKhCVTPLEBsUSMTtw00CVTIS-poppetjes.png)
Gaan Steward Owned familiebedrijven de wereld redden?
In tegenstelling tot veel beursgenoteerde bedrijven weet je bij, de meeste, familiebedrijven wel wie de eigenaar is van dat bedrijf. Daardoor krijg je als klant en als leverancier een band, een vertrouwd gevoel bij dat soort bedrijven. Maar in onze groeiende en geglobaliseerde economie is eigenaarschap vaak abstracter geworden.
De abstractie van aandeelhouders
Het kan zomaar zijn dat de kraan die je als aannemer koopt om betonpalen mee te slopen, of de monturen die je inkoopt voor je assortiment brillen in je optiekzaak, in handen zijn van een investeringsmaatschappij in Londen die, wie weet, ook honderdduizenden bedden voor de zorg in haar portfolio heeft. Bij steeds meer bedrijven zijn de eigenaars oftewel aandeelhouders relatief onzichtbaar. Grote bedrijven hebben vaak vele duizenden aandeelhouders, die hun aandelen via de beurs kopen en verkopen, waardoor een bedrijf zelf niet eens weet wie morgen zijn eigenaren zijn. Dat soort bedrijven worden vaak weer verkocht aan een nog groter bedrijf of investeringsmaatschappij. Daar is op zichzelf niet per se iets mis mee natuurlijk. Maar waar doen ze het allemaal voor? Juist, winstmaximalisatie. Voor de derde Ferrari van de aandeelhouders. Goh zeg. Na verkoop zie je vaak dat een groot deel van de werknemers vertrekt omdat de nieuwe eigenaar overduidelijk en alleen maar koerst op winstmaximalisatie.
Familiebedrijven en hun langetermijnvisie
Missie? Visie? Geen. Schareholdersvalue, that’s all folks. Hoe kan dat ooit hand in hand gaan met langetermijndenken, laat staan duurzaamheid? Bij familiebedrijven is dit intrinsiek anders. De borging naar de volgende generatie zorgt voor toekomstgerichtheid. Niet zo snel mogelijk doorverkopen maar een bedrijf bouwen dat iets bijdraagt in plaats van gehoor te geven aan beleggers die snel geld willen.
Exist, not exit.
Er zijn zelfs al familiebedrijven die hierin nog een stapje verder gaan in het waken over het bedrijf voor de komende generaties. ‘Steward-owned” noemen we die bedrijven. Hier hebben niet de aandeelhouders het voor het zeggen maar de stewards, een soort rentmeesters die waken over het bedrijf. De dagelijkse leiding doet de directie. Maar besluiten die de missie raken, zoals het wijzigen van de statuten of het uitgeven van nieuwe aandelen moet langs de stewards die stemrecht hebben. Op die manier is er geen aandeelhouder of eigenaar met financiële belangen die de koers van het bedrijf kan wijzigen. Je bent dan niet de eigenaar voor je eigen gewin, maar je bent een soort beheerder. Je gebruikt je stemrecht om een goede eigenaar te zijn, die niet alleen maar aan het geld en de aandeelhouders denkt. Dat leidt tot gezonde ondernemingen. Zeg maar een familiebedrijf 2.0.
En voor wie dacht dat dit allemaal luchtfietserij van een dromerige Neyenrode student is: de volgend bedrijven hebben Steward-owned al omarmt: Patagonia, De Efteling, Carlsberg, Bosch, TBI. Bedrijven die makkelijker een sociaal en duurzaam beleid voeren, gericht op de lange termijn. Het gaat bij zulke bedrijven niet om de aandeelhouders, het gaat erom waarom het bedrijf op de wereld is.
![3-magazines](/image/15171-468/754x1500/D789fs4WnC1f0W84f1b36B9TWZe41VV2y84jYHpdcCQCVTIS-3-magazines.jpg)